zaterdag 4 april 2009

Dag Nieuw-Zeeland, hallo Australië, zon, zee en surfboard!

Hallo iedereen! Na weer talloze avonturen meegemaakt te hebben vond ik het weer eens tijd worden om daarover weer even wat met jullie te delen.

Na het wildkamperen zijn we eigenlijk binnen 2 dagen naar Christchurch gereden, waar we vrijdag 13 maart aankwamen. Tussendoor nog een nacht in Akaroa geslapen, een dorpje wat bij mooi weer ongetwijfeld adembenemend is. In ons geval was ik er al blij mee dat ik zwaar genoeg was om m’n tent op z’n plek te houden :S Het dorpje ligt tegen een berg aan met uitzicht over een aantal baaien en ’s avonds konden we vanaf de camping de lichtjes van het dorp zien branden. Maargoed we hoefden ons geen zorgen te maken over vrijdag de 13e, we hadden zelfs enorm geluk met het vinden van een 4 persoons motelkamer voor ongeveer 16 euro per persoon per nacht. Het enige ongeluk wat we hadden was dat de wc niet op slot kon en dat één blower van het bubbelbad het niet deed… Je moet toch iets te zeiken hebben :P In het motel konden we even op het gemakje de backpack weer herordenen en alles inpakken. Zaterdag de 14e hebben we de Wicked Camper schoongemaakt en ingeleverd. Alles was oké en ze hadden helemaal niets in de gaten van de botsing die we hebben gehad in New Plymouth. ’s Middags zijn we naar een rugby wedstrijd geweest en toen ik in gesprek raakte met de heren achter ons en liet vallen dat ik uit Nederland kwam, kreeg ik natuurlijk een biertje toegedrukt. Rugby is een stuk minder tactisch dan voetbal (want ik heb er veel verstand van…), maar het was toch leuk om een keer gezien te hebben. ’s Avonds hebben we, Susanne, Gijs, Johan, Geert, Richard en ik nog wat gebierd op de motelkamer en zondag de 15e zijn Susanne, Gijs en Johan teruggevlogen naar Australië. Ik was weer op mezelf aangewezen en maandag de 16e heb ik dan ook een beetje door Christchurch gebanjerd, de Art Gallery bekeken en even zitten lezen in de botanic gardens (die ze hier in elke grotere stad schijnen te hebben…). Dinsdag de 17e was het voor ook zover om weer naar het warme Australië terug te vliegen. Ik was inmiddels ook wel redelijk klaar met Nieuw-Zeeland, de kou en de regen. Gelukkig was het in Christchurch wel nog even mooi weer. Toevallig zat ik in het vliegtuig met Tamara uit de oorspronkelijke groep.

Eenmaal aangekomen in Sydney stond Lisa me zoals afgesproken op te wachten en zijn we samen met de shuttlebus naar het hostel gereden in Glebe, een suburb van Sydney. Met Lisa heb ik gezellig nog een paar dagen wat van Sydney bekeken, Darling Harbour, Manly Beach, haar stamkroeg van toen ze in Sydney werkte en we hebben een mooie wandeling gemaakt van Bondi Beach naar Coogee Beach. De dinsdag dat ik aankwam was het overigens St. Patrick’s Day dus waren we natuurlijk verplicht om ergens een Guinessje te scoren. Zo gezegd zo gedaan.

Maandag de 23e, tijd voor surfcamp! Moest om half 6 opstaan om de bus te halen en Lisa ook om haar trein naar Melbourne te pakken. Met onze slaperige kop afscheid genomen en toen werden alle surfers to be in twee uur naar Gerroa gebracht, ten zuiden van Sydney, waar de golven altijd gewillig zijn… We zaten op een camping in cabins van max 6 personen op 10 minuten lopen van het strand. Helaas waren de matrasjes niet al te best meer en kon je je ’s ochtends helemaal in je surfplank inleven :S Na een introductie en het uitdelen van wetsuits (het water was ongeveer 16 graden en de jongens wilden minder graag buitenspelen) kregen we onze eerste surfles. De instructeurs waren helemaal wat je je van surfers voorstelt: lang haar, bruine torso’s en geen serieus gesprek mee te beginnen. Onze instructeur was gelukkig wel duidelijk met surfinstructies. Na de eerste les gingen we lunchen, er werden schalen met grote bollen met ham en met sla, komkommer, kaas en weet ik het wat nog meer aangedragen. Iedereen kon eten tot ie plofte. Dus dat deden we, want na 2 uur surfen heb je best trek. ’s Middags kregen we de 2e les en leerden we om op te staan op de plank. Ondanks wat “nosedives” (ofwel breinspoelingen) lukte het iedereen aardig om op te staan. Gelukkig werd alles op foto vastgelegd. Na de 2e les kregen we een grote barbie en eigenlijk heb ik nu zo’n beetje de 4 dagen van het surfcamp beschreven. Samengevat: opstaan, eten, surfen, eten, surfen, eten, (bier drinken), slapen. Ik vond ’t echt geweldig om meegemaakt te hebben en misschien ga ik nog wel een surfboardje kopen. Na de laatste dag, donderdag de 26e, waarbij we trouwens ’s ochtends om 7 uur gesurft hebben met zonsopgang (geweldig!), hadden we ’s avonds in Sydney nog een klein feestje ter afsluiting, waarna ik met nog twee Nederlandse jongens, Andreas en Arjan, en een Duitser, Thorston, in 12 uur met de bus naar Byron Bay ben gereden (rugpijn!).

Ik heb een week in Byron Bay doorgebracht en natuurlijk een paar keer gesurft. Ging best goed, alhoewel de golven hoger en verder de zee in waren. Het zeewater was helaas maar 25 graden :P Dus een wetsuit had ik niet meer nodig. Helaas heeft het ook flink geregend in Byron Bay, maar die dagen heb ik maar weer es gebruikt om e-mails te beantwoorden, m’n reisverslag bij te werken en m’n was te doen. Tot m’n verbazing kwam ik Susanne, Sabine, Gijs en Johan weer tegen in Byron, die de overstromingen in Coffs Harbour waren ontvlucht (hun hostel stond tot enkeldiepte blank…). Met hun heb ik nog twee dagen opgetrokken en heb ik de bus gepakt naar Brisbane. Daar ben ik vandaag (vrijdag 3 april) aangekomen, dus het is weer tijd om dit verhaaltje af te ronden.

Dus voor nu… cheers!